Door Jan van Maarseveen, ACvZ

Toen Aarnout Bakker, de Nederlandse vertegenwoordiger van Skylaunch, mij vroeg of we hun splinternieuwe elektrische EVO lier eens wilden testen hebben we (= ACvZ, Soesterberg) gelijk enthousiast toegehapt.

Skylaunch en ESW zijn namelijk tot nu toe de enige twee producenten van E-lieren en de ESW kennen we al. Dit omdat de ZC Flevo en de Aeroclub Nistelrode al 6 resp. 11 jaar een ESW E-lier gebruiken, en daarmee toen hun tijd ver vooruit waren in oerconservatief zweefvliegland. Zodoende is er al geruime ervaring in Nederland opgedaan.

Een testdag in de regen

In de nogal buiige middag van vrijdag 9 september hebben we met een ASK23, ASK21, DuoXLT en een LS6 de lier uitgebreid mogen testen. Hierbij waren ook geïnteresseerden van enkele andere clubs aanwezig, waaronder Kees Visser, die destijds de eerste ESW lier naar Nederland heeft gehaald en hem sindsdien ook heeft onderhouden, resp. heeft moeten herstellen. Hij had dan ook een waslijst aan aandachtspunten bij zich, die hij aan het einde van de dag overigens gerustgesteld heeft kunnen wegstoppen. Zijn technisch verslag vind je hier. En wil je onder andere de lierist op zijn handen kijken: er is een film beschikbaar.

Bestand Type Grootte
Skylaunch lier elektrisch verslag Kees Visser pdf 82,089 KB

Niet gewoon de stekker er in..

Een elektrische lierstart vergt een erg hoge piekstroom die je niet rechtstreeks uit het stroomnet kunt halen. Daarom wordt die piekstroom geleverd door interne accu’s die tussen de starts door weer vanuit het stroomnet worden opgeladen. Skylaunch gebruikt moderne loodbatterijen met AGM-technologie, die veel langer meegaan dan gewone vloeistof loodbatterijen en daarnaast onder meer slechts een geringe zelfontlading hebben. Door het ontbreken van stroom vanuit het net op de lierlocatie op Soesterberg, werd de ‘netstroom’ geleverd door een dieselgenerator. Deze was door Skylaunch meegenomen, evenals de lier die ‘vers’ van de fabriek kwam. De Skylaunch technici waren deze testmiddag dan ook druk doende met het verzamelen van data voor de fijnafstelling, zoals dat in de week ervoor ook al was gedaan tijdens diverse teststarts.

Aan de kabel

Samen met onze voorzitter Gerbrand van den Boomen mocht ik de eerste elektrische start op Soesterberg maken, achterin de ASK21B. Wel een beetje nep natuurlijk met een dieselgenerator ernaast maar à la. Het wegtrekken ging wat langzamer dan we gewend waren met onze Busio en MEL- (ofwel Peter-van-Gelder-) lieren, maar eenmaal los werd de brute kracht duidelijk. De snelheid liep rap op, maar met wat trekken kon deze gemakkelijk worden beheerst. De rest van de start verliep zeer rustig dankzij de goede digitale regeling gecombineerd met de smalle trommels met een grote diameter, die fluctuaties dempen, en die als bijkomend voordeel hebben dat een opspoelinstallatie niet nodig is.

Als lierist

Met de ‘gas’-schuif regel je als lierist de kabelkracht (torque). Zet je de handel stil op een bepaalde positie, dan houdt de regelunit de kabelkracht behorende bij deze stand vast. En ga je te snel, dan moet je als vlieger wat trekken, met als gevolg dat je meer kracht op de kabel zet. De regelunit zal dan gelijk reageren en het vermogen van de motor verminderen, waardoor ook de snelheid navenant afneemt. De lierist doet hierbij niets. In feite werkt de Skylaunch lier dan ook in grote lijnen hetzelfde als een ESW.

Als lierist stel je vooraf met een schuifknopje de optimale kracht in (lees: stand van de elektrische gashendel) die bij een bepaald type kist hoort. Hiervoor ligt een tabelletje op de lier. In de praktijk weet je die stand voor je eigen kisten snel uit je hoofd natuurlijk. Dat schuifknopje beperkt dan de maximale uitslag van de gashendel middels een eindstop. Deze stop is echter veerbelast, waardoor je de gashendel er gemakkelijk doorheen kunt drukken mocht de start toch te langzaam gaan. Tevens stelt de lierist de head wind component in, waarmee ook de stand van de stop, dus de maximale uitslag van de gashendel, wordt ingesteld.

De praktijk: situatie-afhankelijk

Daarna hoeft hij in het begin slechts ‘gas’ te geven tot die eindstop, waarna de regelunit de start verder regelt. Mede omdat de headwind component hoger stond ingesteld dan de werkelijke headwind op de startplaats, gingen vooral met de ASK23’s de starts tussen de 10-100 meter hoogte in het begin niet naar wens. De situatie op Soesterberg is er namelijk een waarbij er een bos pal naast de startplaats is, zodat het met wat zijwind daar op de grond windstil is en je direct boven de bomen vol in de wind komt. Goed instellen van die headwind is dus belangrijk. Communicatie met de startplaats leidde tot een correctie, waarna de starts goed verliepen.

Kan ook handmatig

Overigens kun je met de gashendel de lierkracht, in feite net als met onze huidige lieren, geheel handmatig bepalen; dus als lierist ben je ook altijd zelf ‘in control’. Je wordt hierbij tijdens het lieren geholpen door een kastje in je rechter ooghoek dat is voorzien van verticaal geplaatste lampjes met groen in het midden. Deze geeft als een soort PAPI ( Precision Approach Path Indicator) weer of je met de juiste kracht liert. Deze lampjes zie je ook op het moderne digitale display, dat op het bedieningspaneel is gemonteerd.

Echter, onder de streep is en blijft lieren een spelletje van gevoel tussen de lierist en de vlieger en dat is met een kabelkrachtgeregelde E-lier niet anders. Kortom, aan beide kanten vergt het even wat gewenning.

Van Baby tot DuoXLT

Aan het einde van de middag ging ik ook een keer met onze Baby IIa uit 1937 omhoog, en dat was gelijk de meest perfecte lierstart die ik ooit met dit ultralichte snoepje heb gemaakt. En met de zware Duo Discus XLT had de E-lier ook geen enkele moeite. Kortom, een hele fijne lier voor alle gewichtsklassen!

Stelling: De toekomst is elektrisch

Met deze nieuwe Elektro-technologie is het duidelijk dat het brandstofmotorentijdperk snel ten einde zal lopen. Alhoewel veel van de superfijne 4- of 6-trommel van Gelder lieren nu nog in zeer goede staat verkeren en hun werk nog prima doen, zijn ze inmiddels al wel zo’n 30 jaar oud. Daardoor vergen ze steeds meer onderhoud, waarbij komt dat onderdelen van vooral de motor steeds moeilijker zijn te verkrijgen. Kortom, hun levenseinde komt toch echt in zicht en dat ze vervangen zullen worden door E-lieren is een ‘no brainer’. Maar hoe gaan we dat doen?

Maar wat is de weg?

Bouwen we onze oude MEL-en Busio-lieren om naar elektrisch? Ik weet dat lierinnovator Peter Mink van Gilze plannen in die richting heeft die in een ver gevorderd stadium verkeren. Als we een 6-trommellier vervangen door een 2-trommellier is dat dan wel een vooruitgang? Hoe zit het als jouw situatie de aanleg van stroomkabels op de strip niet toelaat? Dit zijn allemaal relevante vragen waar gedeeltelijk al oplossingen voor zijn. Net als ESW kan Skylaunch de lier voorzien van een pakket LiFePO4 accu’s waarmee tot zelfs 160 starts autonoom gemaakt kunnen worden. Deze kun je dan met zonnepanelen die op het dak van de hangaar liggen opladen. Maar goed, dat gaat natuurlijk niet in de nacht van zaterdag op zondag en bij de oplopende stroomprijzen is laden via het net ook een dure grap.

Is dan een tweede zeer duur accupakket de oplossing? Of 3 kleinere pakketten die je gedurende de dag wisselt. (Red. Nog niet beschikbaar omdat deze technologie veel aanpassingen vereist aan het huidige ontwerp).

Vergeet ook niet dat je stroom kunt genereren met een brandstofcel die gevoed wordt met duurzaam waterstof. Dit gebeurt nog niet bij een E-lier maar ook dat is zeker een optie voor de toekomst. (Red. Bij de Skylaunch lier zijn dit soort van upgrades mogelijk, evenals solid state batterijen)

Daarnaast werd gemeld dat Skylaunch deze winter een elektrische 4-trommel versie gaat bouwen.

De ervaring van 10 jaar geleden: combi met terughaallier

En hoe zit het met de combinatie van een 2-trommellier en een terughaallier? Dat was 10 jaren geleden op Terlet geen succes, maar waar lag dat aan?

Gelukkig zijn ze na de eerste moeizame vluchten met de Wright Flyer ook niet gestopt met de verdere ontwikkeling van het vliegtuig.

Skylaunch is bezig een E-terughaallier te ontwikkelen die past bij de huidige lichte Dyneema kabels. Want hoe je het ook wendt of keert, in theorie levert een terughaallier de hoogste startcapaciteit op. Zeker op een veld als Soesterberg, waar een maximum uitrijdsnelheid van 30km/u geldt en het terrein een hogere snelheid feitelijk ook niet toestaat, zou deze optie serieus overwogen moeten worden. In de schermvliegwereld werken de terughaallieren probleemloos, dus waarom zou dat dan bij ons, zweefvliegers, niet ook zo kunnen zijn nu we ook lichte plastic kabels hebben?

Zweefvliegen als echt groene sport

Inmiddels hebben al veel clubs in Europa een E-lier, dus die techniek heeft zich al ruimschoots bewezen, los van bekende opgetreden mechanische problemen veroorzaakt door ontwerpfouten. Naast ons, de ACvZ op Soesterberg, zullen veel clubs nu kijken naar de overstap. Niet alleen ter vervanging van een oude lier, maar ook omdat we onze groene hobby duurzaam willen, nee zullen moeten uitvoeren.

En niet te vergeten, in vergelijking met brandstofmotorlieren is het onderhoud zeer gering. Dit zowel gemeten in tijd, als zeker ook in de kosten. Kortom, ik denk dat we aan het begin staan van een nieuw tijdperk waarin veel clubs de komende vijf jaren de overstap zullen maken.

In mijn werk zit ik midden in de innovatie naar duurzame energie en hernieuwbare materialen en ik zit vol met energie om onze club te overtuigen dat het tijd is om niet alleen het thermieken maar ook de lierstart op zonne-energie te doen.
.

Kijkje in het inwendige