Beelden zeggen meer dan woorden. Achter deze link zit een film met uitleg van deze opleidingsmethode, met interviews van leerlingen en hun ervaringen, en ook van de instructeur. Dit alles voorzien van mooie beelden.
De conventionele opleiding is de meest populaire opleiding. Deze opleiding is de static-line (SL). Je begint deze opleiding met een tot anderhalve dag grondopleiding die je afsluit met een harnastest. Dit is een soort examen waaruit blijkt of je de stof goed begrepen hebt en of je er klaar voor bent om zelf te gaan parachutespringen. Bij goed weer ga je zo snel mogelijk na het afronden van de grondopleiding springen. De parachutes die voor deze opleiding gebruikt worden zijn zo gemaakt dat zodra je het vliegtuig verlaat de parachute automatisch wordt opengetrokken.
Bij alle paracentra in Nederland wordt gebruik gemaakt van square parachutes. Dit zijn rechthoekige parachutes die je kunt sturen en remmen, zodat je ze, na enige oefening, comfortabel zacht kunt landen. Bij paracentrum Teuge en bij Parachute Group Holland is het ook nog mogelijk om een ronde bol opleiding te doen. De parachutes die bij deze opleiding gebruikt worden zijn rond en zijn veel minder goed te besturen dan de square parachutes.
Militairen die de conventionele opleiding hebben afgerond en 5 static-line sprongen hebben gemaakt komen in aanmerking voor een militaire wing. Deze kan worden aangevraagd bij hun directe commandant.
Als je vijf static-line sprongen hebt gemaakt ben je SL-gegradueerd en kun je aan de vrije val beginnen. Uiteraard mag dit alleen als je hier klaar voor bent. Het opleidingspakket bestaat uit de grondopleiding, de sprongen, gebruik van springmateriaal, een collectieve secundaire WA-verzekering en het aspirant lidmaatschap van de KNVvL afdeling parachutespringen. Dit lidmaatschap loopt tot het einde van het kalenderjaar waarin je begonnen bent en loopt automatisch af. Wil je verder gaan met springen dan moet je individueel lid KNVvL worden, wat je zelf moet aanvragen.